Past ‘R tussen!
Jan Kruijfstraat 47B, 3016 VN Rotterdam
Bio is NIET suf. Dat bewijst Maike Dassen die samen met haar man Victor en inmiddels ook hun kinderen de winkel An-Dijvie runt. Met kwaliteitsproducten overtuigt ze al jaren haar klanten die van heinde en verre naar de winkel komen. Bovenal in An-Dijvie echt een buurtwinkel. Een sociaal punt in de wijk.
De winkel: ‘Sinds 1984 heb ik deze winkel. Ik ben geen ondernemer in traditionele zin. De winkel is meer een sociaal punt in de wijk, een buurtwinkel met bio-producten, dat maakt het bijzonder. We vormen een netwerk van Slow Food liefhebbers. Mensen die onbekend zijn met bio weten wij met idealisme toch te overtuigen. Welke wereld laten we na aan onze kinderen?’
Persoonlijk: ‘Ik zocht tijdelijk werk en kwam in deze winkel terecht, het was toen al een bio-winkel. Op het moment dat ik binnenkwam was ik verkocht. Er hing echt zo’n Frans sfeertje. Toen de eigenaar de winkel weg deed, ben ik gebleven. Pas later ben ik mijn papieren gaan halen. Ik moest toen stage lopen bij een groenteboer, haha, enig was dat. Mijn man Victor heb ik via de winkel leren kennen en onze kinderen werken er nu ook. Het is inmiddels een echt familiebedrijf.’
Delen: ‘In de jaren ’80, de crisistijd, deelden we veel. Dat zie je nu ook weer, maar dan wordt het geregeld via het internet. We leverden in die tijd veel aan kraakpanden, en projecten met een goed doel. Creativiteit floreerde. Zo hadden we een alternatief pakketsysteem ontwikkeld. Pakjes en post gingen met onze leveranciers mee. Geld verdienen stond niet voorop, nog steeds niet. Een idealist ben ik gebleven, vaak doen we iets voor een goed doel. Vandaag ondersteunen we bijvoorbeeld iemand uit de buurt. Iets goeds doen, maakt alles toch veel leuker!’
Waarom deze wijk?
‘Deze wijk is zó leuk, het is net een dorp, mensen kennen elkaar van gezicht. Het is hier altijd levendig, ook ‘s avonds. Ieder moment van de dag is er wel iemand te zien. Er is ook veel sociale controle. We hebben enge, vervelende tijden gehad met veel drugsoverlast. Ik ben nooit bang geweest hoor, ik voel me thuis. Het vuil op straat, daar word ik wel eens moedeloos van. Maar ook dat wordt steeds beter. Uiteindelijk gaat om je eigen instelling, want zo kijk je naar de wereld.’
Waar ben jij trots op in de wijk?
‘De verbeteringen van de laatste jaren. De wijk wordt groener, het was eerst allemaal erg grauw. Het is een soort mini-New York. Die smeltkroes, dat vind ik geweldig. Bij elkaar wonen er zo’n 175 nationaliteiten en iedereen voelt zich Rotterdammer. Soms begrijpen mensen elkaar niet, maar iedereen vraagt altijd wel: ‘Hoe gaat het?’ Inmiddels is het ook echt een populaire plek aan het worden, het wordt echt steeds leuker.’
Wat is jouw (positieve) bijdrage aan de wijk?
‘Dat ik hier iedere dag met plezier kom. Mijn liefde. Het is goed zoals het is. De winkel is een ontmoetingsplek, klanten vinden het fijn in de winkel. Vaak hoor ik mensen tegen elkaar zeggen: ‘Oh kom jij hier ook? Vaak hebben ze enorm veel vertrouwen in ons en geven bijvoorbeeld hun huissleutels af. Wij vinden ook niets gek eigenlijk. We zijn flexibel in wat er moet kunnen. En in principe is dat grenzeloos .’
‘Eerst was het hier voor de deur een echte gribus. Maar toen werd het pleintje ingericht en ontstond er een groene oase. De bomen worden groter, het is al bijna een parkje. De winkel was al een rustpunt en dat is het pleintje nu ook. Hoe slecht een wijk ook is, mensen proberen er toch altijd iets van te maken. De oplossing om dingen beter te krijgen is de menselijke maat. Ik geloof niet dat camera’s de oplossing zijn.’
Wanneer past iemand er volgens jou tussen?
‘Als je respect hebt voor iedereen, ook al is de persoon anders dan jij. Iedereen is anders in deze wijk, dus dat is hier wel echt van toepassing. We zijn allemaal mensen. Je past er niet tussen als je in hokjes denkt en vooroordelen hebt. Daar kom je niet verder mee, dan plaats je jezelf boven iemand.’
Auteur: Madelon Stoele
Fotograaf: Marieke Odekerken